3 Belgen Ad Petersen Annet van de Elzen Arnoud de Blauw Beelden Biezen Birgitt van Bracht De Muzen De Verbeelding Eindexamenwerk St.Joost Engels design Fotografica Frans Kerkhoff Franse schilderkunst Gaby Bovelander Henk Klok Herman Gordijn Het sublieme gemis Jan Fabre Jan Hoet Jan Hoet 2 Jan Hoet 3 Jean-Michel Alberola Jean-Pierre Caumiant Jeroen Bechtold Jeroen Doorenweerd Johan Clarysse Jon Marten Kees Mol KunstRAI 1993 Leon Adriaans Lotti van der Gaag MUHKA Marcel Maeyer Martien de Visser Middelheim Miquel Barcelo Mireille van 't Hoff Miriam Slaats NBKS 1 NBKS 2 Open Ateliers Pieter Ouborg Rick Koren Right of Speech Robert Wilson Rosemarie Trockel Signmar Polke Textielmuseum Thijs van Kimmenade Tine van de Weyer en Bert Poulisse USA Today Vormen van sculptuur Vrij Spel Willem Pak Fo Tjon Wim Claessen Wim Schuetz Witte de With Wolfgang Laib Wolfslaar Yvon Ne Zoersel
|
Aquarellen van Martien de Visser in het Ostmuseum in Hoogstraten, maart 1993
Martien de Visser
Diep weggestoken achter de muren van het verweerde begijnhof in Hoogstraten ligt het Stedelijk Ostmuseum. Klein, intiem in de beschutte wereld van de begijnenhuisjes uit de vorige eeuw. Alsof de tijd daar tot stilstand is gekomen. Een mooie plek om te zijn, een mooie plek dus ook om te exposeren. Op het ogenblik toont daar de Oosterhoutse aquarellist Martien de Visser daar zijn werk. In 1992 heeft zijn aquarel "Le printemps" de Prix d'Oosterhout gewonnen, een wat dik aangezette naam voor een wedstrijd voor vrije-tijdskunstenaars die wonen in het Nederlandse Brabant en de Vlaamse provincie Antwerpen. Van de in 1992 ingezonden 360 aquarellen werd die van De Visser dus uitgekozen.
De geexposeerde aquarellen tonen in ieder geval een vaardigheid. Ze zijn, eigen aan de lastige aquareltechniek, snel gemaakt. Zodanig dat het uitvloeien van de waterverf en de handeling waarmee ze op papier is gebracht, nog zichtbaar zijn. De Visser houdt zich voornamelijk bezig met landschappen: opgevuld met bomen, huizen of zee. Het aardigst zijn die bladen waar de grillige tekenachtigjeid van de bomen afsteken tegen de horizontale kleurige vegen waarin de achtergrond is geaquarelleerd. Die bladen laten nog iets te raden, die hebben ook een enigszins abstracte waarde.
Een bezwaar geldt de eenvormige compositie van het werk. In weerwil van de af en toe door hem gebruikte betiteling "Composition", is het werk compositorisch zwak, juist omdat er zo weinig verrassends is. Compositie houdt zich bezig met de vraag op welke ene plek in het beeld een vorm moet komen staan om maximale betekenis te verwerven. Een goede compositie is dwingend, is spannend, verschaft het beeld een onweerlegbare identiteit. Dat mis ik dus in het werk van De Visser. Hij maakt, vaardig, mooie plaatjes, onmiskenbaar maar ook weinig verrassend.
Martien de Visser in het Ostmuseum in Hoogstraten, Begijnhof 1-2, tot 29 maart.
|